OP WEG NAAR EEN RAADSBREDE COALITIE, MET STAPPENPLAN

apr 1 2018

Na de gemeenteraadsverkiezingen staan twee belangrijke stappen op de agenda: het komen tot een nieuw programma voor de komende raadsperiode en het benoemen van een nieuw bestuur. In de bijeenkomst van 26 maart jl. hebben de vertegenwoordigers van de partijen een positieve grondhouding getoond voor het opstellen van een raadsbreed coalitieprogramma. Dat gebeurde in een openbare bijeenkomst, met een grote opkomst van geïnteresseerde burgers. HOI Werkt ziet de positieve grondhouding en de transparantie van het overleg als winst voor de gemeente.

Het initiatief voor de eerste bijeenkomst had als doel de mogelijkheden van een raadsbrede samenwerking te onderzoeken. Zoals in de bijeenkomst ook door sommigen is uitgesproken: hiervoor is vertrouwen nodig. Vertrouwen in elkaar en vertrouwen in de toekomstige samenwerking. Wij hebben met onze open opstelling een dialoog aan willen gaan en niet vanuit een wellicht wat meer traditioneel machtsdenken kaders willen aanreiken of een strak proces willen voorleggen. In de bijeenkomst is gebleken dat de verwachtingen bij de andere deelnemers anders waren. Er blijkt behoefte te zijn aan meer concrete voorstellen.

HOI Werkt pakt deze handschoen graag op, maar benadrukt vooraf het uitgangspunt van vertrouwen. Het vertrouwen dat we met een raadsbrede coalitie en een andere wijze van samenwerken met elkaar, het college en de gemeenschap tot kwalitatief betere besluiten komen. Dat zal ook een proces zijn van leren en bijsturen en positief kritisch zijn op elkaar. Maar laten we wel wezen, ook een meerderheidscoalitie met een oppositie geeft niet een garantie van een succesvolle samenwerking op alle onderdelen.

Een raadsakkoord en de benoeming van een nieuw college hebben direct met elkaar te maken. De rol van de betrokkenen in dit proces zal anders zijn dan bij de klassieke coalitievorming. Daardoor spelen ook andere aandachtspunten en risico’s een rol spelen in dit proces. In deze notitie gaan we in op de opties die er zijn, hoe we het proces kunnen aanvliegen en met welke risico’s we rekening moeten houden.

Welke opties zijn er voor een raadsbreed akkoord?

Grofweg zijn er twee varianten van een raadsbreed akkoord te onderscheiden. Het betreft twee uitersten op een schaal:

• Inhoudelijk akkoord

Bij een inhoudelijk akkoord is het streven van alle partijen om op inhoud overeenstemming te bereiken over de problemen én oplossingen of oplossingsrichtingen voor de komende raadsperiode. Het akkoord is gedetailleerd en gericht op afrekenbare doelen.

• Programma-akkoord

Een programma-akkoord is minder inhoudelijk en gedetailleerd dan een inhoudelijk akkoord. Partijen zullen vooral overeenkomst bereiken over de belangrijkste uitdagingen en thema’s die ze in de komende beleidsperiode willen agenderen. De nadruk ligt daarbij meer op het proces en de werkwijze. Bij een programma-akkoord is meer ruimte voor onderlinge verschillen tussen partijen.

In de praktijk kan ook voor een tussenvariant gekozen worden, eventueel neigend naar een van beide varianten. Het is mogelijk een inhoudelijk akkoord te sluiten waarbij partijen op bepaalde punten een afwijkend standpunt kunnen innemen, of een programma-akkoord waarbij oplossingen al wel een plek kunnen krijgen als partijen het daar bij voorbaat al over eens zijn.

Bij beide varianten is de mate van detail een belangrijke factor die invloed heeft op de haalbaarheid van het sluiten van een akkoord en de waarde van het akkoord voor de toekomstige beleidsperiode.

Hoe meer details, hoe moeilijker om overeenstemming te bereiken. Hoe minder details, hoe algemener het wordt waardoor de betekenis afneemt. Hierin zullen we in overleg met elkaar een juiste balans moeten vinden.

Een andere afweging voor het vaststellen van de belangrijkste uitdagingen is of dit programma een politieke of een feitelijke basis heeft. Een politieke basis wordt gevormd door de uitgangspunten van partijen (wat vinden partijen belangrijk, waar willen ze zich op profileren). Een feitelijke basis wordt gevormd door de daadwerkelijke opgaven waar een gemeente voor staat (bijvoorbeeld financieel of sociaal gezien). Uiteraard kan er overlap zijn tussen deze thema’s.

De voorkeur van HOI Werkt ligt bij een variant die neigt naar een programma-akkoord. Het akkoord moet niet te veel in detail treden; er moet immers ruimte zijn voor het nieuwe college, de ambtenaren, inwoners én partijen om daar in de komende periode verder vorm aan te geven.

Hoe bindend is het raadsbrede akkoord?

De mate van instemming, ofwel de ruimte voor profilering van individuele politieke partijen, hangt af van de variant van het raadsbrede akkoord dat wordt gekozen. Een inhoudelijk akkoord komt in theorie neer op het formeren van een raadsbrede coalitie, waarbij minder ruimte is voor ‘dissident’ gedrag. Bij een programma-akkoord is het vooral van belang dat partijen het eens zijn over de belangrijkste uitdagingen en thema’s, waarbij ruimte is voor onderlinge verschillen in de visie op de gewenste oplossingen en maatregelen. Kortom: op de ‘wat-vraag’ is een gezamenlijke visie vereist, waarmee het politieke debat, zowel binnen de raad als tussen raad en college, zich zal concentreren op de ‘hoe-vraag’.

HOI Werkt stelt dat er ruimte moet zijn voor partijen om op bepaalde thema’s een afwijkend standpunt in te nemen. Zeker als dat betekent dat de kans op deelname van alle partijen aan het raadsakkoord daarmee groter wordt. Tegelijkertijd blijft de ambitie om tot een zo groot mogelijke mate van overeenstemming te komen, zodat er sprake blijft van een raadsbreed akkoord en er daarnaast standpunten met wisselende coalities zijn. Zie ook de bijlagen: Prezi programmavergelijking en de analyse van de Vloh.

Betrokkenen en hun rol in het proces

In een dergelijk proces is het van belang oog te hebben voor alle betrokkenen. Dat zijn naast de politieke partijen ook inwoners, de burgemeester, gemeentesecretaris en de raadsgriffier. We gaan kort in op hun (mogelijke) rol in dit proces:

• Politieke partijen: zij leveren een actieve bijdrage aan het volbrengen van het proces om te komen tot een raadsbreed akkoord en een nieuw college.

• De inwoners: HOI Werkt staat voor een zo groot mogelijke betrokkenheid van burgers bij het vorm geven en het uitvoeren van het beleid van de gemeente. Gebruik maken van de expertise die in de gemeente aanwezig is, het vroegtijdig betrekken van inwoners bij besluiten die voor hun wijk of dorp belangrijk zijn enzovoort. Nieuwe vormen van meedoen moeten worden onderzocht. Maar ook nu kunnen we al in een coalitieakkoord vastleggen dat we als gemeenteraad de burgerparticipatie verhogen.

• Burgemeester: in artikel 35 van de Gemeentewet staat dat “de burgemeester wordt geïnformeerd over de uitkomsten van de collegeonderhandelingen” en “in de gelegenheid [wordt] gesteld zijn opvattingen over voorstellen voor het collegeprogramma kenbaar te maken”.

• Gemeentesecretaris: kan optreden als inhoudelijk gesprekspartner. De gemeentesecretaris kan de partijen informeren over de feitelijke opgaven waar de gemeente voor staat, mogelijke consequenties van plannen op gemeentelijke uitvoering, enzovoort.

• Raadsgriffier: heeft ondersteunende rol in het proces tijdens de formatie. In het vervolg van het proces – na bijvoorbeeld een half jaar – kan de griffier met voorstellen komen om de vergadercyclus beter af te stemmen op de nieuwe manier van werken.

• Externe neutrale procesbegeleider: om tot een succesvolle samenwerking te komen is het daarnaast van belang dat een externe, neutrale procesbegeleider wordt ingeschakeld. Het gehele proces (met uitzondering van de sollicitatiegesprekken met kandidaat-wethouders) is openbaar. Externe aanwezigen wordt de ruimte geboden input te leveren.

Selectie en benoeming van wethouders

Naast het raadsbrede akkoord stelt HOI Werkt voor dat er een college wordt geformeerd op basis van competenties in relatie tot het programma. Dat houdt in dat wethouders niet (per definitie) vanuit een politieke partij worden gerekruteerd, maar dat een functieprofiel wordt opgesteld op basis waarvan wethouders kunnen solliciteren. Competenties (aansluitend bij het akkoord) zijn daarbij leidend, politieke kleur is van ondergeschikt belang.

De werving en selectie van de wethouders gebeurt door een benoemingscommissie die verhoudingen in de raad weerspiegelt. Dat betekent dat de commissie bestaat uit 2 vertegenwoordigers van HOI Werkt, 1 van de Gemeenschapslijst, 1 van de VVD en 1 van het CDA. De commissie is verantwoordelijk voor het opstellen van het functieprofiel, het voeren van de gesprekken met kandidaat-wethouders en het voordragen van de uiteindelijke kandidaten aan de raad. Een externe HR-adviseur begeleidt de commissie. Een assessment kan onderdeel uitmaken van de procedure. De wethouders worden formeel door de gemeenteraad benoemd (Gemeentewet, art. 37). Zie ook de bijlage Competentieprofiel wethouders.

Risico’s en risicobeheersing

Het opstellen van een raadsbreed akkoord en het vormen van een raadsbreed vertegenwoordigd college is een relatief nieuwe praktijk. Dat betekent dat nog niet alles vastligt en dat we rekening moeten houden met een aantal risico’s. We benoemen hier de meest genoemde risico’s en mogelijke maatregelen om daarmee om te gaan.

• Een of meerdere partijen willen niet meewerken aan het raadsbrede akkoord

Op dit moment lijkt dit risico niet aan de orde omdat alle partijen commitment hebben getoond voor een raadsbreed akkoord. In de praktische uitwerking moeten echter nog wel een aantal fundamentele keuzes gemaakt worden. Dit vereist dat tijdens het hele proces aandacht is voor draagvlak onder alle partijen. HOI Werkt stelt voor om na elke stap in het proces ‘akkoord tot nu toe’ te vragen. Ook benadrukt is het belangrijk een externe, onafhankelijke procesbegeleider te benoemen.

• Geen mogelijkheid meer voor partijen om zich te profileren

Ook met een raadsbreed akkoord blijft er genoeg ruimte voor diversiteit tussen partijen. Hoe dit tot uiting komt hangt zoals eerder benoemd ook af van de vorm die het raadsakkoord krijgt:

– Inhoudelijk akkoord: hierbij is het risico groter dat partijen zich (in hun beleving) niet meer kunnen onderscheiden. Dit vraagt om heldere afspraken hoe iedere partij omgaat met het raadsakkoord, bijvoorbeeld in communicatie naar de achterban en in raadsdebatten. Ook moeten we afspreken of partijen andere standpunten kunnen innemen op bepaalde thema’s en binnen welke kaders dat mogelijk zou moeten zijn.

– Programma-akkoord: partijen zijn het eens over de problemen of thema’s die in de raadsperiode opgepakt worden. Over de concrete oplossingen of voorstellen is politiek debat mogelijk. Daarvoor kunnen raadsvoorstellen worden ingediend. Hoe groter de partij, hoe groter de invloed bij stemmingen over raadsvoorstellen.

– In de notitie Opdrachtgeverschap heeft de burgemeester laten uitwerken hoe de drie vormen van opdrachtgeverschap tot stand kunnen komen. Het kan een wens vanuit (een deel) van de gemeenteraad zijn, een opdracht vanuit het collegeprogramma of een opdracht die voortkomt uit het dagelijks werk van de organisatie. Zie de bijlage voor de verdere uitwerking.

– Op basis van het raadsakkoord kunnen jaarlijks bijvoorbeeld twee thema’s centraal worden gesteld waarop partijen zich kunnen profileren door rondom die thema’s met inhoudelijke voorstellen te komen.

• Afbreuk dualisme / raad staat kwetsbaar tegenover college

Lokaal bestuur in Nederland is gestoeld op het principe van dualisme, waarbij de wethouders besturen en de raad een controlerende taak heeft. Het risico bij een raadsbreed akkoord is dat er bij de start van een nieuwe collegeperiode al een compleet programma ligt, waarmee deze taakverdeling verwatert. We geven een aantal suggesties om het dualisme te waarborgen:

– Het is van belang dat de raad zich voldoende laat ondersteunen om het college goed te kunnen controleren. Daarbij kan bijvoorbeeld een belangrijke rol worden weggelegd voor de rekenkamer, die onafhankelijk onderzoek kan doen.

– Er kan naar alternatieve manieren van verantwoording gezocht worden, zoals een maatschappelijke denktank met inwoners en andere stakeholders, die (op bepaalde thema’s) het college controleren en input bieden voor zowel college als raad.

– Duidelijkheid en transparantie in de verhouding tussen raad en college is van belang. Maak bijvoorbeeld transparante afspraken over de frequentie van afstemmomenten tussen fractievoorzitters en wethouders.

– Heb aandacht voor de politieke cultuur in een gemeente: hoe transparant zijn partijen in hun besluitvorming, gaat men met een open houding en open vizier de raadsdebatten in, en is men bereid elkaar successen te gunnen? Het voorstel van HOI Werkt is om aan het begin van de raadsperiode een training ‘Oordeelsvorming en besluitvorming’ te organiseren.

• Gebrek aan scherpe keuzes door breed compromis

Als er met veel partijen een akkoord gesloten moet worden, bestaat een risico dat op alle thema’s de kleinste gemene deler doorslaggevend is. Dat zou kunnen leiden tot algemeenheden terwijl soms juist scherpe keuzes vereist zijn. Hoe waarborg je een gezamenlijke, scherpe koers?

– Dit risico wordt deels al gedekt door ruimte te bieden aan afwijkende standpunten bij partijen. Ook kan een scherp politiek debat gevoerd worden over de concrete uitvoering van het raadsakkoord, en bijvoorbeeld de middelen die daarvoor vrijgemaakt worden.

– Een andere suggestie is om de gemeenteraad voltallig verantwoording te laten afleggen aan de gemeenschap. Dat vereist dat kwaliteit en inhoudelijke argumenten de drijvende kracht achter politieke keuzes zijn.

– Ook kan de gemeenschap een nader te bepalen rol spelen bij de verdere uitwerking van het raadsbrede akkoord in concrete maatregelen (en eventueel in de uitvoering).

• Het college bestaat uit individuen met eigen agenda en een beperkt gedeeld belang

Het college moet als team verantwoordelijkheid nemen voor de uitvoering van het raadsakkoord. Het risico van een college waarbij de wethouders niet per se uit een politieke partij komen, is dat het vooral uit individuen bestaat die zich vooral verantwoordelijk voelen voor of zich willen profileren op hun eigen portefeuille. We moeten dus nadenken over maatregelen die de gezamenlijke verantwoordelijkheid van het college benadrukken. Om te beginnen kan daarmee rekening worden gehouden in de benoemingsprocedure: de benoemingscommissie moet oog hebben voor de samenhang tussen de verschillende kandidaat-wethouders. Het voorstel van HOI Werkt is om een teamassessment onderdeel te laten uitmaken van het wervings- en selectieproces. Daarnaast kan de raad sturen door in het debat de gezamenlijke agenda te benadrukken. Een suggestie daartoe is om in de eerste raadsvergadering met het nieuwe college een ‘akkoord’ te tekenen waarbij als collectief verantwoordelijkheid wordt genomen voor het raadsbrede akkoord.

Hoe verder?

In het stappenplan in de bijlage schetsen we het proces zoals we dat zien. Het spoorboekje bestaat uit drie parallelle sporen:

• Vorm: nieuwe werkwijze raadsbrede coalitie

• Inhoud: raadsbreed programma

• Bemensing: benoeming wethouders

Het eindpunt van dit traject is de raadsvergadering op 17 mei. Tegelijkertijd is 17 mei ook meteen weer het startpunt voor het raadsbrede programma en de wethouders die dit gaan uitvoeren.

Bijlagen bij dit voorstel:

1. Stappenplan

2. Prezi programmavergelijking

3. Analyse programma’s van de Vloh

4. Competentieprofiel wethouders

5. Notitie opdrachtgeverschap

Hilvarenbeek, 31 maart 2018